K13 feiten, cijfers en argumenten!


Feiten, cijfers en argumenten tegen het stopzetten van de subsidie aan K13
Om hoeveel geld gaat het en waarom is de gemeentelijke subsidie essentieel voor het voortbestaan van K13?
K13 is een zelfstandige stichting. In 2009 werft K13 een bedrag van om en nabij de 140.000 euro aan geld van de provincie Gelderland, de landelijke cultuurfondsen, donateurs, sponsors, entreegelden en verhuringen. Met dat geld programmeert K13 tentoonstellingen, theatervoorstellingen en educatieve projecten.
Maar waarom is K13 dan afhankelijk van de gemeentelijke subsidie van 90.000 euro? Kan K13 zichzelf niet bedruipen? Nee. Het geld dat K13 van de provincie Gelderland en de cultuurfondsen krijgt, is geoormerkt. Dat wil zeggen dat het alleen mag worden uitgegeven aan de artistieke programmering van K13 en niet aan de exploitatie van het gebouw met de daarbij behorende organisatie en salariskosten. Een deel van die exploitatiekosten, wordt opgebracht door K13. Maar om de exploitatie van K13 sluitend te maken is K13 aangewezen op de 90.000 euro subsidie van de gemeente Rheden. Dat is ook de afspraak tussen de rijksoverheid, de provincies en de Nederlandse gemeentes. De fondsen en de provincie geven geld voor een professionele artistieke programmering en de gemeentes zijn in Nederland verantwoordelijk voor de huisvesting en de personeelskosten van hun culturele voorzieningen. Dat betekent dus domweg dat als de gemeente Rheden niet bijdraagt aan de exploitatie K13 niet meer kan functioneren als professioneel kunstcentrum. Dat is slecht voor Rheden. Want voor iedere euro die de gemeente aan K13 geeft, krijgt de gemeente meer dan anderhalve euro terug. K13 haalt immers voor 90.000 euro met een kleine, grotendeels parttime werkende personeelsbezetting en 45 vrijwilligers 145.000 euro binnen aan geld dat gebruikt kan woorden voor culturele evenementen en educatieve projecten die ten goede komen aan de lokale samenleving.
Kunstcentra als K13 zijn niet zomaar subsidievreters. Ze brengen geld binnen. Slimme Bestuurders zien dat in.

Wat voegt K13 toe aan de gemeente Rheden?
Vijftien jaar geleden, in 1993, staken de rijksoverheid en de provincie Gelderland geld in het bouwen van een volwaardige theaterzaal in het pand van K13 aan de Kastanjelaan in Velp. Daarmee kreeg Rheden een mooi theater en een mooie tentoonstellingsruimte cadeau, op voorwaarde dat het pand dertig jaar lang een culturele bestemming zou krijgen.
Rheden kreeg niet alleen dankzij K13 een nieuw theater cadeau. Sinds 2005 is K13 erin geslaagd om onder een nieuwe directie uit te groeien tot een landelijk bekend podium voor muziek, theater en beeldende kunst. K13 slaagde erin om de belangrijkste kunstfondsen te overtuigen van de kwaliteit van de programmering en de organisatie. Als gevolg daarvan kon K13 in de laatste drie jaar een aanzienlijk bedrag aan fondsen werven, geld dat in de vorm van een professioneel theater met een kwalitatief hoogwaardige programmering ten goede is gekomen aan de bevolking. Door nu de subsidie aan K13 te stoppen, maakt de gemeente Rheden een eind aan deze geldstroom en de voorstellingen, tentoonstellingen en educatieve projecten die met die geldstroom worden gerealiseerd. Dat is geld en mogelijkheden weggooien.

Zijn we klein en elitair?
In de gemeentelijke nota die als basis dient voor de voorgenomen bezuiniging, wordt K13 bestempeld als klein, weinig bezocht en elitair. Waar de schrijvers van de nota dit vandaan halen is een raadsel. Het al vaak aangekondigde gemeentelijke onderzoek in deze kwestie is nog steeds niet uitgevoerd. De bewering dat we weinig publiek bereiken is uit de lucht gegrepen en in strijd met de feiten.
K13 trekt per jaar 11.000 bezoekers. De gemiddelde bezetting van de theaterzaal ligt boven de 60% en is dus hoger dan het landelijke gemiddelde.
Het onjuist voorstellen van ons publieksbereik is niet het enige ergerlijke. K13 wordt in de bezuinigingsnota omschreven als elitair. Wat dat betreft waaien de schrijvers van de gemeentelijke nota behoorlijk mee met de heersende wind van populisme. Er bestaat in Nederland bij een aanzienlijk deel van de bevolking afkeer van vermeende elites en zogenaamde elitaire zaken als kunst. Is dat terecht en logisch? Ja en nee. Ja, als je onder elite een groep mensen verstaat die om onterechte redenen meer rechten en profijten hebben dan anderen. Nee, als je onder elite een groep mensen verstaat die goed zijn in wat ze doen en op hun terrein het beste presteren. Afkeer van zulke elites is niet terecht en ook niet logisch. Als we naar het ziekenhuis gaan dan willen geholpen worden door de beste dokter en niet door de schoonmaakster die zo aardig pleisters kan plakken. We vinden het normaal als in het betaalde voetbal de beste spelers op het veld staan en de minder goede spelers op de bank zitten. En van de trainer van het Nederlandse Elftal verwachten we niet dat hij zijn tactische inzichten baseert op het amateurvoetbal. We zijn kortom dol op prestaties en de beste mensen op de juiste plaats. Ook al zeggen we dat meestal niet zo, we hebben helemaal niets tegen elites in de tweede zin van het woord. Maar waarom is dat in de kunst dan anders en proberen sommige mensen de kunst de maat op te leggen van het amateurisme of de massacultuur?
Kunst, echte kunst van echte kunstenaars, voegt iets toe juist door zich van amateurisme en massacultuur te onderscheiden. Het brengen van echte kunst was ook de opdracht van K13 toen de rijksoverheid, de provincie Gelderland en het toenmalige gemeentebestuur geld gaven voor het bouwen van en echte theaterzaal. Kunst brengen heeft K13 de afgelopen jaren ook gedaan. Is dat elitair? Kunst vermaakt, maar stelt ook lastige kwesties aan de orde. Kunst is in de kern van de zaak een bespiegeling op onszelf, onze leefwereld en de mogelijkheid van het schone en goede. Omdat kunstenaars en denkers van allerlei slag de moeite hebben genomen om over die zaken na te denken, hebben we ons in de loop van de eeuwen kunnen ontwikkelen tot wat we zijn. Zonder kunst - niet alleen de literatuur maar ook de muziek, het theater en de beeldende kunst - zou onze taal niet zo rijk zijn als hij is en ook niet zo’n wendbaar instrument voor communicatie. Dat kunst niet zoveel mensen trekt als voetbal of televisie is juist. Maar dat geldt ook voor wiskunde en kwantummechanica en geen weldenkend mens zou daarvan willen beweren dat die er daarom niet toe doen.

K13 of sociale maatregelen?
In de Gelderlander van 18 juni verklaarde Pedro Canters, leider van de PvdA in de gemeente Rheden dat de bezuinigingen nodig zijn vanwege de recessie en om geld vrij te maken voor nieuw sociaal beleid. ŽDat juich ik toeŽ, aldus Canters, 'En als ik moet kiezen tussen sociale maatregelen en K13, dan kies ik voor sociale maatregelen.'
Het klinkt als een logische en noodzakelijke keuze: als we K13 sluiten kunnen we mooie dingen doen voor onze bevolking. Maar is dat ook zo? Cultuur en culturele voorzieningen worden overal in Europa door overheden ingezet om wijken, dorpen en stadscentra economisch en sociaal te versterken. Iedereen die er mee te maken heeft – van deskundigen tot projectontwikkelaars – lijkt het erover eens dat de aanwezigheid van kunst en culturele voorzieningen een merkbaar effect heeft op de aantrekkelijkheid en de leefbaarheid van wijken en stedelijke of landelijke centra. Omgekeerd lijkt het erop dat juist het verdwijnen van de culturele voorzieningen net als het verdwijnen van winkels en het wegtrekken van de middenklasse stedelijke en landelijke gebieden economisch en sociaal verzwakt. In dat licht gezien, is het nog maar de vraag of Canters voorkeur op den duur werkelijk bijdraagt aan het economische en sociale klimaat in de gemeente Rheden.